Een film vol stilistische composities, absurde gesprekken en
ongemakkelijke situaties. Het is een film waarin niets is wat het lijkt. Vooral
stilistisch gezien kun je zien dat hier erg veel aandacht aan is besteed. De
film lijkt grotendeels in de studio gefilmd te zijn, en zo min mogelijk op
lokatie. Hierdoor heeft Van Warmerdam de lokaties waarin de film zich afspeelt
– althans zo denk ik – zelf kunnen ontwerpen. Hierdoor had de director ook zo
veel mogelijk de belichting in de hand. Abel
lijkt zich af te spelen in een soort fantasiewereld; dit is met name te danken
aan het feit dat de stad (waarvan we soms beelden zien door de ramen) lijkt op
een stad uit een blokkendoos. Hierdoor wordt de indruk gewekt dat de film zich
afspeelt in een soort maquette van een stad, wat een sterk surrealistisch
karakter aan deze film geeft. De buitenlokaties die Van Warmerdam heeft uitgekozen
passen perfect in de stijl. Dat is wat mij het meest op viel aan deze film; de
lokaties – zowel buiten als binnen – vorm duidelijk 1 geheel. Het verhaal
draait om een rare familie, waarvan Abel, inmiddels 31 jaar oud, nog steeds
thuiswoont. Vader wil Abel graag het huis uit hebben, maar de rol van moeder hierin
is dubieus. Enerzijds kiest ze partij voor de vader, maar tegelijkertijd lijkt
ze ook in het ‘kamp’ van Abel te zitten. Abel lijkt een strijd te voeren met de
vader, en puur nog thuis te wonen om zijn vader het bloed onder de nagels
vandaan te halen. De film zit vol ongemakkelijk situaties, die haarfijn op de
gevoelige plaat vastgelegd zijn. De familie lijkt bovendien het ‘mensen
ongemakkelijk laten voelen’ tot een spel hebben verheven. Dit is terug te zien
in de scene waarin de toneelspeelster (van de toneelgroep van vader) op bezoek
is bij de familie. De scene wordt ingeluidt met meerdere pijnlijke stiltes en
bizarre conversaties. Wanneer de toneelspeelster stelt dat haring slecht is
voor het hart gaat de familie opzettelijk zo veel mogelijk haring eten
(inclusief slurp geluiden). Wanneer Abel en de toneelspeelster samen gaan
dansen, danst Abel veel te snel (uit de maat). Ze geven de vrouw het gevoel dat
ze niets kan en oliedom is; ze drijven haar stapelgek en huilend verlaat ze het
huis. In deze film is niets wat het lijkt. De personen hebben dubbele
persoonlijkheden; zo is vader bijvoorbeeld thuis de onaantastbare gezagvoerder.
Wanneer Zus hem verlaat is hij echter de wanhopige man. Dat niets is wat het
lijkt is het best te zien in de allerlaatste scenes van de film. Vader, totaal
dronken, en moeder zijn op bezoek bij Zus en Abel. Duif (moeder) heeft zojuist
ontdekt dat vader een vreemdganger is, en wil uit het raam springen om haarzelf
van het leven te beroven. Vader wordt door Abel op zijn hoofd geslagen met een
fles drank, en lijkt op sterven te liggen. In een bepaald shot lijkt moeder uit
het raam gesprongen te zijn. Zus en Abel schreeuwen het uit: aaaah! Enkele
seconden later verschijnt de moeder echter uit een andere hoek van de kamer
weer in het beeld. “Kom we gaan” zegt ze tegen vader. De vader, die eerst in
een zwaar coma leek te liggen, staat goedgemutst op. “Was een gezellige avond.
Volgende keer bij jullie?”. En ze verlaten het huis.
Aantal sterren op de Donno-van-Eijcken-Moviemeter:
**** (4/5)